Standpunten

Houd contant geld betaalbaar en beperk risico’s

Betalingsverkeer in Nederland moet snel, veilig en efficiënt zijn tegen de laagst mogelijke kosten. Het aantal transacties met contant geld is in de afgelopen tien jaar gedaald van 50% in 2014 naar 40% in 2017 en 23% in 2020. Hier tegenover staat dat de kosten per contante transactie stegen van €0,23 naar €0,29 en vervolgens naar €0,49 per transactie in dit tijdvak. Het digitaal betalen neemt een vlucht, maar voor sommige mensen in kwetsbare posities gaat de omschakeling snel. Deze mensen hebben hulp nodig omdat de benodigde digitale vaardigheden hen ontbreken. Daarnaast is er in geval van pinstoringen vanaf nu een andere terugvaloptie nodig dan contant. Vanuit Europa lijkt het accepteren van contant geld een verplichting voor ondernemers te worden, terwijl voor winkeliers en de medewerkers aan de kassa contant geld altijd een vorm van gevaar oplevert. Zij worden geconfronteerd met overvallen, plofkraken, vals geld, gestolen geld, kasverschillen en contant geld wordt steeds vaker gekoppeld aan witwassen. Het feit dat de klant niet hoeft te betalen voor welke vorm van betaling ook, zorgt ervoor dat de alle kosten bij de winkelier komt te liggen terwijl deze geen onderhandelingspositie heeft. Zeker niet wanneer een acceptatieplicht zou gaan gelden in een oligo-/monopolistische markt.

De RND is van mening dat elke winkelier in principe altijd zelf moet kunnen kiezen met welk betaalmiddel hij betaald wil worden. Zeker als hij alle kosten ervan voor zijn rekening neemt. Winkeliers verdienen het niet om in een beknelde positie te komen wanneer de overheid de acceptatie van contant geld verplicht. De winkelier zit klem tussen de klant waarvoor alles gratis is en banken/waardevervoerders. Er moet een terugvaloptie komen nu contant geld steeds minder een terugvaloptie is als dataverbindingen niet werken. De RND ziet een belangrijke rol voor banken om hun klanten te ondersteunen om digitaal vaardig te worden. Dit als tegenhanger voor het verdwijnen van vele bankfilialen en om het fysieke winkelen ‘veiliger’ te maken.

  • De RND maakt zich sterk voor het behouden van de keuze voor de winkelier welk betaalmiddel hij wil accepteren.
  • De RND is van mening dat wanneer de politiek ervoor kiest om contant geld verplicht te stellen er een overgangsperiode nodig is, waarna een evaluatie noodzakelijk is.
  • De RND wil een duidelijke ondergrens waarna contant geld een nicheproduct is (een optionele keuze). Verplichtingen worden dan losgelaten en de gebruiker zou dan mee kunnen betalen aan de kosten van contant geld. Kruissubsidies tussen betaalmiddelen zijn niet wenselijk.
  • De RND maakt zich hard dat wanneer de politiek ervoor kiest om contant geld verplicht te stellen, de tarieven die in rekening worden gebracht wettelijk te maximeren, zoals aangegeven door de minister van Financiën in juni 2023. Tarieven moeten jaarlijks gemonitored worden.
  • De RND dringt aan op uitzonderingen voor contante betaling, zoals: onbemande kassa’s, onbemande tankstations, vendingmachines en bij meerdere kassasystemen voldoet het om één kassa te hebben voor contant geld. Er zou ook een duidelijk omschreven weigeringsgrond voor contant geld moeten zijn voor winkeliers in steden of dorpen, overdag en ’s avonds die gekoppeld is aan overwegingen van veiligheid.
  • De RND dringt er bij DNB op aan om een werkende infrastructuur voor ondernemers voor opnames en afstortingen in stand te houden. Cashback in winkels is een optionele toevoeging aan de infrastructuur, waarvoor vergoedingen zouden moeten kunnen worden gegeven.